Deze blogjes heb ik tijdens mijn motorvakantie naar Kroatië geschreven op Polarsteps. Nu deel ik ze ook hier! Dit is deel 1. Lees hier deel 2, deel 3 en deel 4.
Nog één nachtje slapen!
“Neuh, ik heb nog geen vakantieplannen,” vertelde ik op de zomerborrel aan mijn collega’s. “Misschien nog iets last-minute.”
Eerlijk gezegd moest ik er op dat moment niet aan denken. Het enige waar ik behoefte aan heb tegen het einde van het schooljaar is een bed en een boek en het liefst zo min mogelijk mensen om me heen. Vakantie is leuk, maar het betekent ook planningen maken, nieuwe indrukken opdoen en alles waar ik na een hectisch schooljaar níet op zit te wachten. Eerst maar eens een winterslaap (estivatie, heet dat in de zomer, heeft Google mij net verteld). Als ik eenmaal ontprikkeld ben ga ik langzaam fantaseren over zonnige baaitjes in niet-zo-tropische oorden (ik functioneer niet meer bij temperaturen boven de 25 graden).
De onvermijdelijke vervolgvraag op de borrel was uiteraard: “Ga je dan op de motor?”
“Mees gaat het liefst overal heen op de motor,” antwoordde ik, “maar ik zie dat niet zo zitten. Vorig jaar gingen we naar Kroatië en ik ben blij dat we dat met het vliegtuig hebben gedaan.”
Fast forward naar augustus 2024. Waar gaan we heen? Naar Kroatië!
Hoe gaan we daarheen? Op de motor!
Op de motor? Jazeker. Precies dat wat ik bezwoer níet te gaan doen. Tja. Wat zal ik erover zeggen? We zijn al een keer op de brommer naar Texel geweest, dus op de motor naar Kroatië moet ook wel lukken? Misschien is mijn verlangen naar avontuur aangewakkerd door het boek Keerpunt van Noraly Schoenmaker dat ik pas heb gelezen. Misschien ben ik overmoedig geworden en waan ik mezelf expert op het gebied van avontuur omdat ik drie nachten in een tent heb geslapen op een festivalcamping.
Hoe dan ook, morgen is het zover! Vandaag hebben we onze tassen ingepakt (ik heb nog wat propwerk te doen), snacks gehaald voor onderweg (want wat is een motorrit zonder stroopwafels?) en de Honda van Mees en mijn Kawasexy gepoetst tot ze sprankelden. Uiteraard heb ik tussen de bedrijven door de HEMA leeggekocht. Ik heb me gewapend tegen de warmte met een handventilator, dus nu zijn we écht voorbereid. Ik heb er zin in!
Dag 1: Geiselwind (Duitsland)
Ik hoorde de stem van Mees in mijn helm. “Dus, Kir, wat is het motto van de dag?” vroeg ‘ie.
“Immer geradeaus!” riep ik enthousiast terug. Ik had het fout, want ik was alweer vergeten dat ons motto ‘Volg de drie!” was. De routebeschrijving was vandaag zo simpel dat zelfs ik hem kon onthouden (dat dan weer wel): eerst de A12 afrijden, dan Autobahn 3 volgen tot Würzburg. Neem de goede afslag en twee bochten later rijd je Geiselwind binnen! (Als ik in m’n eentje was geweest had ik zeker de navigatie nodig gehad, maar Mees had de route van tevoren opgezocht en reed het natuurlijk uit z’n hoofd.) Easy peasy.
Er ging natuurlijk het één en ander vooraf aan onze aankomst in Geiselwind. De weergoden hebben me gehoord, denk ik, toen ik angstig uitsprak dat het wel erg warm zou worden. Vind je het te warm? Prima! Dan regelen we regen! Ik vertrok vanmorgen dus in stijl, verzuipend in het regenjack dat ik van Mees heb ‘geleend’ (mijn meest recente toevoeging aan het lijstje van ‘spullen die ooit van Mees waren en nu van mij zijn maar technisch gezien is dat alles want we hebben een samenlevingscontract dus hij mag niet klagen’).
Ik heb ontdekt dat Duitsland bestaat uit braadworst en wegwerkzaamheden. Een leuk spelletje om te spelen onderweg? ‘Mag ik 60, 80, 100, 120 of 500 rijden de komende kilometer?’ Het verschilt namelijk elke twee minuten. Doet de weg kronkel met gele strepen? Dan mag je 80. Doet de weg kronkel kronkel kronkel met gele strepen? Dan mag je 60. En waarschijnlijk kom je verderop in de file terecht. Gelukkig is er altijd iets te doen als je even in de stau staat. (Dat gebeurde gelukkig weinig, want de rit ging heel soepel.) Heel hard en agressief STAU roepen bijvoorbeeld. Of de avonturiersklassieker ‘I like the flowers’ vertalen naar het Duits (ik kwam niet veel verder dan ‘Ich liebe Blume, Ich liebe Perdeblume’ – waarna ik me realiseerde dat daffodils narcissen zijn).
Nummerborden, ook altijd leuk. GV*666*D vond ik heel grappig: is het de duivel in een DAF? Of een Skoda in schaapskleren met BA*AA achterop (en nog wat cijfers). BO*EM vond ik persoonlijk ook hilarisch.
In de categorie borden: bruine borden in Duitsland zijn veel cooler dan in Nederland! Wij hebben borden waar “Archeon” op staat of “Walibi”. Handig, maar oersaai. Hier hebben ze complete afbeeldingen van kastelen! En neem nou Lohr am Main: “Schneewittchenstadt”, staat op het bord, inclusief plaatje van de prinses. We speculeerden over het waarom. Is daar ooit een vrouw gestikt in een appel? Wonen er zeven kleine mensen? Komen de eekhoorns en vogeltjes je helpen met schoonmaken als je daar woont? (In dat geval ga ik emigreren.) Het daaropvolgende halfuur kreeg ik het nummer “Poetsen” van de musical Sneeuwwitje van Studio 100 niet meer uit mijn hoofd – mijn obsessieve gele-doekjes-brein is zelfs op vakantie niet te temmen. Ik weet trouwens inmiddels dat Sneeuwwitje in deze stad geboren zou zijn en dat het spiegeltje (die aan de wand, ja) in een museum te vinden is. Zo leuk!
We lunchten bij de Burger King. Ik dumpte mijn regenjas, want het was inmiddels droog én flink opgewarmd. Tijdens het rijden had ik er gelukkig weinig last van. Dat kwam pas toen we aankwamen bij Hotel Gasthof Metzgerei LAMM in Geiselwind, waar het 30 graden is en de Deutscher wetterdienst een waarschuwing wegens hitte heeft afgegeven. Ik kan je vertellen: drie keer heen en weer lopen naar de hotelkamer met zware tassen in een zwart motorpak is dan niet een fantastisch idee. Ik was bezweet tot en met mijn onderbroek.
We zijn op bed geploft en hebben eerst een paar minuten zo min mogelijk bewogen. Terwijl Mees daarna allerlei nuttige dingen deed, zoals de navigatie en de communicatie aan de oplader hangen, nam ik een andere Zeer Belangrijke taak op me. “Ik doe de verslaglegging, schat,” legde ik uit terwijl ik op bed Pringles at. “Ik ben Herodotus.”
Herodotus en Mees liepen voor het eten nog een klein rondje door het pittoreske Geiselwind, waarna Herodotus erachter kwam dat ze in haar moeder is veranderd (love you, mam!): van elk schattig detail moest ik een foto maken. Het is een heel Duits dorpje met hele Duitse vakwerkhuisjes en heel Duits eten. En goed! Dat kan ook niet anders als je in een slagerij logeert. (Ik ontdekte gênant laat dat dat de betekenis is van ‘Metzgerei’. Hotel Gasthof Metzgerei LAMM. Hotel Herberg Slagerij LAMM. Lekker multifunctioneel.)
Terwijl ik dit schrijf lig ik op bed. Ik vermoed dat ik daar niet veel meer uit ga komen vanavond. Nog even wat lezen, de route bekijken voor morgen en dan heerlijk slapen na een lange rit. Slaap lekker!
3 gedachten over “Kers en Mees op motorreis naar Kroatië – deel 1”